Ongerijmd
Woensdag 02 Maart 2005 in categorie Lezen
[Gastauteur]
Nederland is een vlak land, nee eigenlijk een vol, kleinburgerlijk land. De grote dichter Slauerhoff dichtte al: In Nederland kan ik niet leven.
En inderdaad de lust vergaat mij de laatste tijd ook wel eens. Nu moet ik daar onmiddellijk bij vertellen dat ik dicht, ik maak verzen, die liefst helemaal niet rijmen.
Niet rijmende verzen worden in Nederland maar door een klein gezelschap op prijs gesteld. De oplages van niet rijmende gedichtenbundels is klein, het bereik gering.
De meest populaire dichter van na de tweede wereldoorlog in Nederland is Toon Hermans. Vreemd niet? Hermans was cabaretier, grappen- of grollenmaker dus. Niets tegen grollenmakers, maar de cocktail met poëzie is zelden om te consumeren.
De tuinman Pieter was normaliter als een gieter, was een van de hoogstandjes in poeticis van Hermans.
"Juist," zei mijn ome Herman, "dat is tenminste te begrijpen!"
En hij had zoals altijd gelijk, of beter gezegd: ik gaf hem zoals altijd gelijk. In de oorlog had hij al ellende genoeg meegemaakt.
Laatst trad ik op in een café in Rotterdam. Misschien moet je dat als rasechte Amsterdammer ook niet doen, bedacht ik veel te laat. Rotterdam heeft het in de oorlog toch al zo voor z'n kiezen gehad! Maar na mijn derde gedicht riep iemand uit het publiek: "Klootzak!"
Zoiets was VVD-er Hans Wiegel vroeger tijdens een spreekbeurt ook al eens overkomen, dus ik had direct zijn legendarische antwoord paraat: "Fijn dat u zich heeft voorgesteld, mijn naam is Verhoog." Daarmee had ik natuurlijk de lachers op mijn hand en kon ik verder met het voorlezen van mijn prachtige poëzie. Maar eerlijk gezegd was de aardigheid er voor mij wel behoorlijk af.
's Avonds laat kwam ik eindelijk terug in de bewoonde wereld, namelijk in Amsterdam. Het openbaar vervoer is ook niet meer wat het geweest is. Daar zette ik vermoeid de radio aan en tot mijn ontzetting hoorde ik dat Driek van Wissen Dichter des Vaderlands was geworden. Een mislukte grappenmaker, die gedichten maakt waarin het rijm als een hooligan door de regels raast.
Maar misschien heeft ook Driek van Wissen het al zwaar genoeg om hem iets kwalijk te kunnen nemen, immers hij is leraar. Hij moet de hele dag aankijken tegen ongeïnteresseerde leerlingen met kauwgom in de mond. Enigszins gedeprimeerd scharrelde ik wat er aan alcohol in huis was bij elkaar en dat was niet veel meer, want mijn vrouw had bijna alles opgedronken. Zij heeft het met mij dan ook al moeilijk genoeg.
Vervolgens ging ik naar bed. "Hoe was je dag?" fluisterde ze in het halfdonker.
"Deze dag had iets ongerijmds!"zei ik zonder er lang over te blijven nadenken.
En die nacht droomde ik van een grote zeppelin vol sonoor geluid, die boven de stad duizenden gedichten uitwierp. De piloot was een man met een leren jas aan, gevoerd met mollenbont. Hij stamelde onverstaanbare klanken en wierp telkens handenvol poëzie uit het raam van de luchtsigaar.
Maar de mensen beneden raapten de pamfletten niet op, ze hadden het te druk met het verzinnen van grappen en grollen, Sinterklaasgedichtjes die moesten rijmen en sport. Een klein jongetje was de enige,die een papiertje van het wegdek opviste. Hij las de tekst en tot zijn verbazing rijmde die niet! In een grote plas werd zijn gezicht weerkaatst . Ik zag dat het mijn gezicht was.
Voldaan werd ik wakker. Wat is het leven van een ongerijmde toch mooi!
Tweet |