Een Oranjefobie

Dinsdag 10 Juni 2008 in categorie Sport

Ik mag heus wel graag een potje voetbal kijken, als ik echt niets belangrijkers te doen heb. Maar de wedstrijden van ons Nederlands elftal zijn voor mij ondoenlijk. Ten eerste vind ik de kleur oranje afzichtelijk. Die is alleen op sinaasappels te verdragen. Maar vooruit, daar kan een mens zich nog wel voor negentig minuten overheen zetten als 't moet.

Erger is dat bij mij de spanning stomweg te groot wordt. Ik kan geen afstand nemen, ik kan zo'n wedstrijd niet neutraal aanzien, ik moet vóór Oranje zijn, ik word onderdeel van het 'wij'-gevoel. En 'wij' moeten winnen.
Zoiets is uiterst stresserend als je de zaak niet zelf in de hand hebt. Je bent afhankelijk van onze volksvertegenwoordigers op het veld.

En deden ze het nu maar altijd zo goed als gisteravond tegen Italië (3-0), maar daarvoor is geen enkele garantie. Dikwijls is zo'n wedstrijd een martelgang van Kromme Leendert, het machteloos toezien met kromgetrokken tenen, samengeknepen billen, gierende zenuwen, knarsende tanden en het hart kloppend in de keel.
In twee keer drie kwartier lever je met gemak tien jaar van je leven in. En bij een verlenging plus strafschoppen verlang je bijkans naar euthanasie. Het is immers ondraaglijk en uitzichtloos lijden.
We zijn door dolle heen en weer een dag of wat Neanderthaler
Wanneer ze winnen is het natuurlijk allemaal prachtig, een pak van het hart, een last van de schouders, maar je voelt onmiddellijk dat daarbij de lagere hersengebieden worden aangesproken. Daar liggen de oergevoelens, de instincten. Als methaangas in een moddersloot borrelen daaruit de Trots Op Nederland-sensaties omhoog. We hebben er duizenden jaren over gedaan om ze toe te dekken met een laagje beschaving, maar nu zijn ze er weer. Als wilde stammen in krijgskleuren dossen we ons uit met de meest maffe parafernalia, hossend voeren we vreugdevolle overwinningsdansen uit, onze oerkreten brullen we vanaf de tribunes, door de straten en de huiskamers. We zijn door dolle heen en weer een dag of wat Neanderthaler.

Om mijn zenuwen te sparen, kies ik heel lafjes voor de samenvatting achteraf. Of ik schakel pas in nadat ik een buurman drie flats verderop minstens twee keer brullend door z'n plafond heb horen gaan. Ik weet, het is zwak, het is schijterig. Gelukkig kan ik -net als heel veel andere mensen in mijn situatie- gewoon zeggen dat ik niet van voetballen houd. Weet je wat? Ik sta er gewoon boven!
Ondertussen vind ik de opvang voor mensen met een Oranjefobie maar bar slecht geregeld.

Tags: