Een poging tot begrijpen (1)
Serie: Bij ons bij de Jordaan
Vrijdag 21 Juni 2002 in categorie Israël en het Midden-Oosten21-06-2002
Wanneer ik in Israël ben ontkom ik er niet aan: ik wil het begrijpen. Het conflict, de emoties, de redenen waarom het niet tot vrede komt.
Ik doe een poging, daarbij geholpen door het luisteren naar meningen van mensen die hier permanent wonen. Vervolgens denk ik er het mijne van...
Het primaire instinct
Om mij te kunnen voorstellen hoe het is om hier te wonen, of beter: hoe het is om je land nu juist op deze plaats te hebben, bedacht ik het volgende.
Nederland is net als Israël een klein land. Stel dat de landen in Europa die ons omringen ons vijandig gezind zouden zijn, sterker nog: dat zij zouden vinden dat wij er überhaupt niet zouden moeten zijn?
Daar zouden wij knap zenuwachtig van worden. Vooral als bovendien een belangrijk deel van onze bevolking ons landje als de enige veilige plek ter wereld beschouwt.
Voor de specifieke situatie van Israël moet ik daar het trauma van de holocaust bij optellen. Zeer velen in dit land hebben broers, zusters, vaders, moeders, opa's en oma's die werden vermoord in de concentratiekampen. En de jeugd is tot in elke vezel van het lichaam doordrongen van dit immense leed. Dit mag niet opnieuw plaatsvinden: dit keer zullen wij overleven, tot elke prijs.
Dat is het primaire instinct van Israël: overleven tot elke prijs, met alle middelen.
Ze strijden een strijd die niet te winnen is
De buren
Kijkend naar de opvattingen en de strategie van de buren, in het bijzonder momenteel de Palestijnen, concludeer ik: zij begrijpen dit niet, dit primaire instinct van Israël. Zij denken in termen van een stuk land dat hun is afgenomen. Zij kunnen en willen zich begrijpelijkerwijs niet realiseren dat welbewust op deze plek na de Tweede Wereldoorlog als het ware een gigantische mammoettanker op het strand is gezet, geladen met het kosmisch samengebalde gewicht van dat collectieve Westerse schuldgevoel ten aanzien van de Joden.
En dus verzetten zij zich, strijden zij een strijd die niet te winnen is.
Zijzelf denken van wél. Zij hebben geduld. Zij leven met het besef dat Arabieren de 'natuurlijke' bewoners zijn van deze grond. Ze hebben daarin gelijk.
Iedereen die met zowel Israëlis als Arabieren omgaat in dit gebied voelt het onmiddellijk: de Arabieren zijn op een vanzelfsprekende, natuurlijke manier onderdeel van dit landschap, aangepast aan de hitte, de droogte en de schraalheid. Zij hebben de levensstijl die daarbij het beste past. Zij horen hier.
De Israëlis zijn door de diaspora te jachtig, te Westers, te Europees geworden. Zij maken zich te druk, bouwen hun huizen te ver uit elkaar en scheppen daardoor hun eigen schaduw niet.
De Arabier voelt zich nog altijd zeker en vertrouwd op deze bodem. Die zekerheid is gebouwd op de wetenschap dat ook duizenden generaties voorouders in dit landschap overleefden. Dus ook hij.
Hij wacht wel af. Dit land is door vele buitenlandse machten bezet geweest, waaronder de 'onoverwinnelijke' Romeinen en Turken. Uiteindelijk zijn ze allemaal weer vertrokken, met achterlating van hooguit een nieuwe archeologische laag in de bodem.
En dus trekken de Palestijnen onbewust de conclusie dat ook de Joden eens het land weer zullen achterlaten.
Hier begint de misrekening van de Palestijnen. Voor Romeinen, Turken en andere bezetters was dit land slechts grondgebied, imperium. Zij hadden er geen emotionele of religieuze band mee. De Joden hadden en hebben dat wel. Zij hebben hier hun wortels, heilige plaatsen, historie. Wanneer ze in de bodem graven komen zij zichzelf weer tegen. Tel daarbij de emoties op die samenhangen met het eerder genoemde 'primaire instinct' en je weet dat ze dit langgerekte lapje grond nooit zullen opgeven. Jeruzalem is de 'magnetische pool' waarnaar al het Joodse denken, voelen, geloven en beleven zich richt. Dit land is de materialisatie van hun identiteit.
Rigide religies en grimmige generaals
Een zeer belemmerende en daardoor frustrerende component in het conflict tussen Israëlis en Palestijnen is godsdienst. Beide religies liggen onwrikbaar, onvermurwbaar en onveranderbaar vastgebeiteld in de Thora en de Koran. Zij sluiten compromissen bij voorbaat uit.
Gelukkig vormen in Israël de orthodoxe fanaten niet de meerderheid, maar aan de andere kant zitten zij in het politieke spectrum dikwijls wel op een sleutelpositie.
De staat Israël is voornamelijk voortgekomen uit links gedachtegoed. Dat uitte zich bijvoorbeeld in het collectivisme van de kibbutsim. Er is aan de andere kant vreemd genoeg een orthodoxe stroming die vindt dat de staat Israël er helemaal nog niet hoort te zijn omdat daartoe van 'hogerhand' nog geen opdracht is gegeven.
Het merendeel van de Israëlische bevolking is echter ruwweg fifty-fifty verdeeld in het -tamelijk seculiere- gebruikelijke links en rechts. Deze beide vleugels houden elkaar al jaren in een politiek verlammend evenwicht. De meeste schade aan het vredesproces wordt vanuit Israëlische kant nog berokkend door de religieuze minderheden die de nederzettingen bevolken.
Waarschijnlijk ook behoorlijk bepalend voor het Israëlische beleid ten opzichte van de Palestijnen gedurende het laatste decennium zijn de generaals. Israël is weliswaar een democratie, maar de laatste jaren dan wél onder leiding van de oude ijzervreters uit voorgaande oorlogen.
Nethanyahu is de enige uitzondering, maar Rabin, Barak en Sharon zijn allen voormalige hoge militairen uit het Israëlische leger. Dit zal op zijn zachtst gezegd de emphatische gevoelens voor de positie van de Palestijnen niet hebben bevorderd. Tegelijk vormen zij wèl een afspiegeling van het volk: bijna alle gezonde vrouwen en mannen zijn twee tot drie jaar in militaire dienst geweest en weten dus maar al te goed hoe ze een geweer moeten afschieten. Het resultaat is het waarschijnlijk best getrainde en hoogst gemotiveerde leger ter wereld. In het dagelijks leven 'proef' je dikwijls de macho-uitstraling van dat leger. Want een leger kneedt natuurlijk ook de geest.
Kortom: doorgaans allemaal aardige mensen in dit land, maar beter geen ruzie zoeken...
Starre religie
De Palestijnen hebben hun zaakjes veel minder goed op orde. Hun grootste probleem is de Islam. Over het algemeen is het een starre religie, wars van compromissen, zonder innerlijke evolutie en discussie. Dit leidt tot ronduit archaïsche gewoonten en geestelijke wantoestanden die feitelijk neerkomen op hersenspoeling. De verlichte geesten die in de wereld van de Islam pleiten voor meer dialoog en bezinning op de eigen geloofsbeleving zijn hun leven niet zeker.
De Islam in zichzelf is geen starre godsdienst. Bij het ontstaan ervan kan gesproken worden van een verlicht systeem, met aandacht voor de sociale positie van de zwakkeren in de samenleving. Maar gedurende de eeuwen daarna is dit geloof onder invloed van machtsdenken en macho-cultuur versteend tot een intellectueel fossiel.
Absoluut funest voor elke persoonlijke vrijheid en ontwikkeling is de verstrengeling van de Islam met de staat. Alleen een land als Turkije heeft zich hieraan kunnen ontworstelen, maar ook daar blijft het voortdurend oppassen geblazen.
In Palestina is Arafat in 1996 tot leider gekozen. Sindsdien is er op democratisch gebied verder weinig gebeurd. Er is daardoor geen solide democratisch staatsapparaat ontstaan dat tegenwicht kan bieden aan extremistische en fundamentalistische krachten.
Wat nu werkelijk de mening is van het gewone Palestijnse volk is eigenlijk niet bekend. Op de voorgrond treden voornamelijk de fanatici. Pas afgelopen week kwam er een signaal van zo'n vijftig Palestijnse intellectuelen die de bomaanslagen van de hand wezen omdat die de Palestijnse zaak geen goed deden.
Dat zijn intellectuelen. Maar wat vindt de man in de straat? Misschien wil de gewone man in Ramallah, Jenin, Nazareth of Bethlehem ook helemaal niet dat één of andere verstandelijk verdwaasde zichzelf opblaast in de straten van Jeruzalem of Tel-Aviv. Immers, zijn huis gaat er straks aan, hij kan niet meer naar zijn werk, hij kan z'n stad niet meer uit.
Zijn kinderen worden op school opgevoed in haat tegen Israël. Haat moet worden vervangen door kritiek. Haat is destructief en zinloos, kritiek is de grondslag van elke verbetering.
Kritiek op Israël
Kritiek op Israël is in een aantal gevallen zeer terecht. Om Palestijnse kinderen echter een toekomst te geven zullen hen tijdens de opvoeding universele normen en waarden moeten worden bijgebracht: hoe het in de wereld rechtvaardig zou moeten, welke middelen daarbij geoorloofd zijn en welke niet. Anders ontneem je komende generaties bij voorbaat hun vermogen tot samenleven met andere volken, culturen, anders-denkenden. En daarmee uiteindelijk een kans op voorspoed en vrede.
In deel 2 ondermeer: de paria's van het Midden-Oosten en het bloed van de kinderen.
Tweet |