de ouwe hagedis

Maandag 31 Maart 2003 in categorie Gozertje

Vorige week zijn we naar die vredesdemonstratie geweest. Toen we daarna met de tram teruggingen zat er zo'n oud deftig mens en die zegt tegen haar vriendin: "Belachelijk dat ze die kinderen daar mee naartoe nemen!"
Ik zeg zachtjes tegen m'n vader: "Zie je nou wel?"
"Hoezo: zie je nou wel?"
"Moet ik eerst voor d'r opstaan van je en dan begint ze nog een beetje..."
Een beetje te zeiken ook, wou ik er achteraan zeggen, maar dat leek me beter van niet.

Mijn vader is zo'n type die dan gaat bekvechten met zo iemand. Vreselijk vermoeiend is dat.
"Heeft u het soms over ons?"
"Ja! Zo'n klein kind weet nog niet eens waar het over gaat!" zegt dat kakwijf tegen m'n vader.
Ja, kom effe! Ik bén niet klein! Dat is toch altijd zó raar met die bejaarden! Op verjaardagen roepen ze altijd dat je al zo groot bent geworden. Maar als je óók es een mening hebt ben je ineens klein!
"Wat een leuk blauw haar heeft u!" zeg ik dus maar effe tussendoor tegen dat mens.
"Hou jij je d'r buiten." zegt m'n vader.
Ze lijkt ook op een hagedis, met die hangende vellen onder haar kin. Een hagedis met blauw haar en een parelketting.
Die vriendin gaat ook nog wat zeggen: "Wij hebben de oorlog nog meegemaakt, hè Stien?"
Mijn vader ging heel vuil zitten kijken. Dat ken ik van hem. Nou komt er een rot-opmerking, zegt mijn moeder dan altijd.
"En? Goed verdiend zeker?"
Zie je wel? Had ik gelijk of niet?
"Jullie weten er allebei niks van. Van oorlog..." zegt Stien.

Welles! Mijn oma in Israël heeft nog in de woestijn gevochten. Heeft ze zelf verteld. M'n andere oma praat niet over de oorlog, want dan moet ze huilen. Maar dat was weer een andere oorlog, geloof ik.
"Kom op, we gaan eruit!" riep mijn vader ineens.
Ja, doei hé! We zijn er nog niet!
"De rest lopen we wel."
"Bemoei je met je eigen oorlog!" zei ik lekker nog tegen de hagedis. Mijn vader hoorde dat gelukkig niet, want die sprong de tram al uit.

Toen we door het Vondelpark liepen zag ik een beetje ouwe dikke man fietsen met zwart haar en een grote snor. Mijn vader zei de hele tijd niet veel, dus riep ik: "Kijk, daar gaat Saddam Hussein!"
"Hou op met die onzin!"
"Hij lijkt er toch op?"
"Ja, hoor..."
"Kijk maar: hij heeft zelfs een bordje achterop z'n fiets: SH. Dus dat is Saddam Hussein!"
Toen moest mijn vader gelukkig lachen.
"Dat betekent Slecht Horend..."
"Is dat doof?" vroeg ik.
"Zoiets ja. Haha, komt natuurlijk door al die bommen..."
Die snapte ik niet helemaal, maar hij was in elk geval weer in een goed humeur zo te horen.
't Was trouwens nog wel een klerestuk lopen naar huis zeg! Allemaal de schuld van die ouwe taarten!
Onderweg kwamen we Saddam Hussein weer tegen. Die zat op een bankje uit te rusten. Moest zeker nog een heel eind fietsen voor ie thuis was...