11. de andere kant

Dinsdag 09 Juli 2002 in categorie Overpeinzingen & andere gedachten

[fortune cookie 11]

Wie zich tot dusver heeft zitten verkneukelen omdat hij in deze serie het 'gelijk' van onze professor-martelaar toch maar even mooi bevestigd ziet, zal bedrogen uitkomen. Sommige lagen in onze eigen autochtone bevolking overtreffen de meest analfabetische Berber met gemak in 'achterlijkheid'.
Ik zal het verhaal maar even zorgvuldig anonimiseren, ter bescherming van de privacy van alle betrokkenen. En dus zal ik zo integer zijn om hen alleen met de initialen aan te duiden.

De Marokkaan B. is een man van ongeveer mijn leeftijd op wie ik bijzonder gesteld ben. Hij heeft van jongsaf aan altijd door heel Europa heen hard gewerkt en woont nu al enige tientallen jaren in Nederland. Net als de meeste Marokkanen van zijn generatie spreekt hij ietwat steenkolen-Nederlands, maar dat mag de pret niet drukken. Integendeel, zou ik eerder zeggen. Hij is bijzonder goed geïntegreerd in de samenleving. Hij is ook zeer intelligent, maar is in zijn jeugd door familie-omstandigheden verstoken gebleven van verdere scholing. Helaas is hij daardoor altijd min of meer veroordeeld geweest tot werk voor laaggeschoolden, in zijn geval magazijnbediende. Niettemin deed hij het werk met enthousiasme en volle inzet.

Nogal wat allochtonen doen op deze manier werk dat in feite onder hun potentiële capaciteiten ligt. Zo ook B. Hij verkeert daardoor nogal eens in de situatie dat hij op de werkvloer geacht wordt samen te werken met Nederlandse collega's die -hoe zeg ik dat eens diplomatiek- op een gegeven moment maar van de lagere school zijn afgetrápt omdat ze er anders op hun twintigste nóg hadden gezeten.

Begin jaren negentig werkte B. in het onderdelenmagazijn van een automobielbedrijf met de naam van een inheemse vogel die begint met de letter M. en is gevestigd in de plaats A., op het industrieterrein van de wijk Z-O. Ze zijn dealer van het bekende Duitse automerk O. en in die tijd was ook de bij Nederlandse journalisten uiterst populaire voetbalcoach Van G. daar klant. Dit laatste is een sappig detail voor de voetballiefhebbers onder u, verder heeft het eigenlijk niets met de zaak te maken. Tenzij u graag in dezelfde auto wilt rijden als Van G., want dan zou ik zeggen: koop 'm niet bij die vogel te A.-Z-O. Want wat is de achtergrond van mijn zo integer geanonimiseerde rancune..?

Louter om het feit dat B. een Marokkaan was, om het feit dat hij hard werkte terwijl zijn gewaardeerde Nederlandse collega's zaten te klaverjassen, moest hij van hen een eindeloze stroom racistische grappen en treiterpartijen incasseren. Tot B.'s ongeluk woedde toendertijd ook nog eens de Golfoorlog, waardoor hij consequent met Saddam Hoessein werd aangesproken, een twijfelachtige eer die vele besnorde Marokkaanse mannen in die periode te beurt viel.
B. vroeg herhaaldelijk zijn chef iets tegen de pesterijen te ondernemen, maar de man was van dezelfde deerniswekkende domheid als de overige Nederlanders in het magazijn. De chef zette weliswaar een hoge borst op, maar wist het niveau van 'directeur van de vlakjes en de potloden' niet te ontstijgen. Van zijn sociale vaardigheden kon dan ook niet veel worden verwacht. Integendeel, B. moest maar tegen een geintje kunnen. Dat was nu eenmaal 'de humor van de jongens'.

Meermalen werd B. op deze manier de ziektewet ingetreiterd. Ik zag hoe hij zat te janken van de stress. Niettemin probeerde hij telkens weer aan het werk te gaan. Uiteindelijk zocht hij het hogerop: bij de heren directeuren zelf. Die beloofden er iets aan te doen, maar het uiteindelijk resultaat was dat B. uit het magazijn werd gehaald en op rotklusjes werd gezet, zoals het handmatig poetsen van auto's. Waaronder de luxe wagen van de populaire voetbalcoach, maar dit nogmaals terzijde.
B. is uiteindelijk ontslagen en zat voor het eerst in zijn leven in de WW.
Niettemin: eind goed al goed, tegenwoordig werkt B. met veel plezier in het magazijn van een boekenbedrijf in een andere stad A. Daar doen ze normaal, zoals het hoort. Want integreren moet tenslotte van twee kanten komen.

Voor wie vond dat dit stuk een nogal denigrerende teneur had: juist, zo voelt dat dus als je niet voor vol wordt aangezien.
Daarom draag ik het op aan alle wel fatsoenlijke magazijnmedewerkers, autobedrijven en voetbalcoaches in Nederland.
Niet aan letterlijk opgehemelde professoren uiteraard...